jaarstukken 2018

3 Paragrafen

Aanduiding van de wijze waarop het grondbeleid wordt gevoerd

Aanduiding van de wijze waarop het grondbeleid wordt gevoerd

De gemeente Amstelveen beschikt (nog) over een beperkte voorraad ontwikkelgronden. Gezien de (financiële) risico’s die verbonden zijn aan grote voorinvesteringen bij actief grondbeleid is de gemeente terughoudend met het aankopen van gronden. De gemeente Amstelveen is hierdoor steeds meer aangewezen op het voeren van facilitair grondbeleid en geeft actief ruimte aan particulieren om hun gronden zelf te ontwikkelen.

Bij actief grondbeleid volgt de resultaatneming bij lopende grondexploitaties bij het afsluiten van de grondexploitatie. Indien een project zeker met een positief resultaat zal afsluiten is het mogelijk eerder tot winstneming over te gaan. Het Besluit begroting en verantwoording (BBV) stelt randvoorwaarden voor vervroegde winstneming. Deze zijn opgenomen in de Notitie grondexploitaties 2016 van de commissie BBV. Als aanvulling op deze notitie is in maart 2018 nog een nadere uitleg tussentijds winstnemen uitgebracht. In deze notitie wordt de zogenaamde POC methode voorgeschreven. Door toepassing van deze methode worden winsten eerder genomen, naar rato van de voortgang van het project.

Bij facilitair grondbeleid is er doorgaans een neutraal resultaat. Eventueel ontstane tekorten of overschotten worden in het jaar waarin ze zich voordoen verantwoord.

De woningmarkt in de regio van Amstelveen staat nog immer onder hoge druk. In 2018 zijn positieve resultaten gerealiseerd bij de verkoop van vrije bouwkavels. Door de enorme druk op de woningmarkt Amsterdam is het prijsniveau van bouwrijpe grond inmiddels ruim boven het niveau van voor de recessie. Er zijn wel verschillen in prijs per locatie. Zo blijven er verschillen tussen  Amstelveen Noord en Amstelveen Zuid.

Verbetering op de markt voor bouwkavels ten behoeve van de realisering van werklocaties (bedrijventerreinen en kantoren) is wel in beweging, maar die beweging beperkt zich tot Amstelveen Noord waar met name eigenaren in Kronenburg zoeken naar een mix van functies. Sec het ontwikkelen van kantoren is niet aan de orde. Het structurele overaanbod van kantoren en bedrijventerreinen wordt bestreden door mee te werken aan transformatie van bestaande locaties naar nieuwe bestemmingen. Zo is dit jaar gestart met het opstellen van een visie voor de transformatie van bedrijventerrein Legmeer. Deze visie wordt begin 2019 voorgelegd aan de gemeenteraad. Daarnaast heeft de Provincie eind 2018 aangegeven medewerking te verlenen aan het ontwikkelen van het bedrijventerrein Amstelveen Zuid (BTAZ).
In 2018 is met de plannen voor herontwikkeling van leegstaande kantoorpanden aan de Biesbosch 225, Groen van Prinstererlaan 114, Startbaan 8 en Startbaan 16 een goede aanzet gedaan om het aandeel van leegstaande kantoorpanden verder terug te dringen. Ook aan de Dr. Willemdreeslaan zijn er plannen voor de herontwikkeling van kantoorpanden naar wonen. Genoemde projecten worden in 2019 verder uitgewerkt. De herontwikkelingen aan de Van der Hooplaan 241 en Groenelaan 3-5 zijn afgerond en inmiddels opgeleverd en bewoond. Daarnaast zijn er ontwikkelingen op Kronenburg, waar een aantal leegstaande kantoorpanden inmiddels een andere invulling hebben gekregen en wordt in 2019 daadwerkelijk gestart met de transformatie van het voormalige KPMG-gebouw naar appartementen.

Tenslotte is het mogelijk dat reeds tijdens de voorbereiding de particuliere ontwikkelaar afziet van de verdere ontwikkeling van zijn initiatief. Er resteert in een dergelijk geval geen wettelijke grondslag voor het gemeentelijk kostenverhaal. Om dit risico te beperken wordt, na de vaststelling van de “Quick scan”, een afspraak gemaakt over de financiering van ambtelijke plankosten in de voorbereidende fase via een dienstverleningsovereenkomst. Dit vindt plaats in twee stappen. Middels de zogenaamde brief opstartkosten worden kosten voor het opstellen van het projectplan (het opstarten van het project) en het opstellen van de voorovereenkomst in rekening gebracht. Vervolgens wordt in de voorovereenkomst geregeld dat de kosten tot en met het vaststellen van de Startnotitie worden verhaald. Pas daarna wordt er een anterieure overeenkomst opgesteld. Hierin worden naast ambtelijke kosten ook eventuele andere kosten verhaald.